206. EMDR: we gaan eraan beginnen…

Robbe gaat regelmatig naar een psychologe, al jaren zelfs. Er wordt gepraat over zijn gevoelens, dat elk gevoel er mag zijn en hoe we die kunnen uiten. Na een moeilijke bui kan hij dan ook perfect uitleggen waarom hij zo deed en wat hij beter had kunnen doen. Erna gaat dat heel goed, maar als hij in het moment zit kan hij niet nadenken zoals hij het zelf uitlegt, “dan ontploft mijn hoofd.” Na jaren twijfelen omdat we bang waren om een potje open te trekken, gaan we nu toch echt starten met de behandeling van zijn opgelopen trauma’s. We gaan beginnen aan EMDR…

Wat is EMDR?

De afkorting staat voor Eye Movement Desensitization and Reprocessing. Voor ons is het allemaal nieuw, dus ik ben geen expert op dit gebied. Bij volwassenen wordt er gewerkt met snelle oogbewegingen in combinatie met het verhaal rond het opgelopen trauma. Dit zorgt ervoor dat het natuurlijk verwerkingsproces in gang wordt gezet.

Voor kinderen is dit nog wat moeilijk en daarom stelde de psychologe voor om met snelle aanrakingen te werken, afwisselend links en rechts. Ze heeft het een beetje aan hem uitgelegd en hij gaf al meteen aan dat hij niet graag aangeraakt wordt. Hij zal daarom met 2 trillende apparaatjes in zijn handen de therapie gaan doen. Hij mocht het al eens proberen en dit zag hij wel zitten.

Wat is mijn taak hierbij?

Ik mocht gaan doen wat ik graag doe: schrijven… Toch was de opdracht deze keer heel moeilijk. Ik moest zijn verhaal schrijven, maar dan heel getailleerd met elk mogelijk gevoel dat Robbe gevoeld zou kunnen hebben. Met alles wat hij daarbij zag of hoorde. Dit betekende dat ik heel eerlijk moest zijn over wat er gebeurd is in zijn korte leventje. Hoewel ik graag open en eerlijk praat over zijn moeizame start, heb ik ook wel de neiging om bepaalde zaken te verbloemen om zijn ouders te sparen. Ik wil niet slecht over hen praten. Dat ik dan nu moest vertellen dat ze bijvoorbeeld heel hard schreeuwden waar hij bij was, zelfs toen hij bij hen op de arm lag, vond ik moeilijk.

Verder was het heel confronterend… Het verhaal gaat nog maar tot zijn eerste levensjaar en de tranen rolden al over mijn wangen. Zijn trauma’s lopen echter nog jaren verder door. Wat heeft hij vaak de controle verloren, wat werd er weinig rekening met hem gehouden en wat hebben ze hem vaak weggehaald uit zijn vertrouwde omgeving. En dan vragen mensen zich af waarom hij niet tegen verrassingen kan, waarom hij wil weten waar hij aan toe is… Hij is al 6 jaar bij ons en toch denkt hij soms dat hij hier ook weg moet.

We zien het zitten.

We hebben al gehoord en gelezen dat deze therapie behoorlijk heftig kan zijn, maar we lezen vooral vaak dat het effect heeft gehad. Ik denk dat we op het juiste moment zitten om eraan te beginnen. Het gaat goed met hem, hij heeft rust en als er reactie komt kunnen we het thuis opvangen nu het nog vakantie is. Bovendien vertrouwt hij zijn psychologe en ik ben ervan overtuigd dat hij ook voelt dat ik vertrouwen heb in haar. Ze heeft laten zien dat ze er voor hem is, zowel tijdens de praktijkuren als erbuiten. Last minute een crisisoverleg de volgende ochtend om 8u op school? Ze was er toch maar elke keer! Dan schoof ik mijn stoel even naar achter als het me te moeilijk werd en nam zij het woord van me over, ik wist immers dat we op één lijn zaten.

Robbe geeft aan dat hij bij Bert op schoot wil zitten terwijl ik zijn verhaal voorlees. Uiteraard wordt daarnaar geluisterd en zo zal het gaan binnenkort. Ik hoop dat we nu ook eens aan de oorzaak kunnen werken en dat hij vooral zelf wat geruster kan zijn…

190. Hoe ik ben veranderd als pleegmama.

Lotte kreeg deze week de opdracht van school om oude foto’s te bekijken. Echt iets voor mij, want ik vind dat dus heerlijk om te doen, samen herinneringen ophalen. Ik denk graag terug aan de periode dat ze nog klein waren. Ik weet nog als de dag van gisteren hoe blij ik was dat we eindelijk voor een kindje mochten zorgen. Maar ik herinner me ook nog heel goed hoe ik toen was als pleegmoeder en dat is niet dezelfde meer als de pleegmoeder die ik nu, bijna negen jaar later ben.

Tel ik eigenlijk wel mee?

Bang en onzeker was ik… bang om iets verkeerd te doen en onzeker of ik wel mee tel omdat ik niet haar echte mama ben. Alles doen zoals de instanties me voorschreven. Kind en Gezin wist alles over het grootbrengen van een baby, de dienst van pleegzorg en de jeugdrechter wisten alles over mijn rechten, maar vooral ook, plichten als pleegouder. Ik durfde tegen niemand in te gaan, want ik was nu eenmaal geen echte mama en had bovendien niet gestudeerd voor kinderpsychologe. Tja op dat gebied ben ik toch wel veranderd. Ik leerde dat ik me af en toe eens moest laten horen, dat ik best eens tegen iemand in mocht gaan. Allemaal in het belang van de kinderen, maar ook voor mezelf.

Pleegzorg mag eigenlijk geen vervulling zijn van je kinderwens, maar eerlijk is eerlijk: die twee schatjes die hier rondlopen hebben hier wel degelijk een leegte opgevuld. Ik ben ervan overtuigd dat we iets goed doen door Robbe en Lotte een thuis te geven, maar ze geven mij zoveel meer… onvoorwaardelijke liefde, dankbaarheid, plezier, knuffels, kusjes en heel veel rommel 😉 Ik voelde me daarom wel kwetsbaar, ik wist dat ze me veel konden ontnemen.

Luisteren naar de instanties.

De eerste periode was ik vooral bang dat als ik niet naar de instanties luisterde, ze Lotte weer bij ons weg zouden halen. Soms voelde bepaalde dingen niet zo goed aan, maar durfde ik dat niet goed aan te geven. Zo mocht ik bij het bezoek met haar ouders nooit aanwezig blijven. Ze zag hen ongeveer 1x in de maand en kende hen amper. Ik voelde me schuldig om haar daar achter te laten, maar durfde het niet te zeggen. Na een periode zag men dat het voor haar rustiger zou verlopen als ik erbij zou blijven. Fijn dat ze dat zagen, maar had ik het niet beter zelf aangehaald?

Ondertussen ben ik er nog steeds bij tijdens het bezoek. Niet dat ik het nog nodig vind, want nu heeft ze wel een fijne band met haar ouders opgebouwd. Maar het is goed zo, zowel voor Lotte, haar ouders en mezelf. Moest Lotte of haar papa en mama nu aangeven dat ze me er niet meer bij willen hebben, vind ik dat prima hoor.

Aangeven wat juist voelt.

De eerste keer dat ik echt ergens tegen in moest gaan was voor Robbe, ik was toen al zeker 4 jaar pleegmama. Het voelde toen echt niet goed aan om de bezoeken hier thuis te laten doorgaan. Omdat er al veel strijd was geweest tijdens die momenten, wilde ik ons huis echt wel als veilige haven houden voor hem. Met lood in mijn schoenen gaf ik een weerwoord en tot mijn verbazing werd er naar mij geluisterd. Tot op de dag van vandaag ben ik blij dat ik dat gedaan heb. Hij linkt bepaalde plaatsen waar we hebben afgesproken voor een bezoekmoment echt aan vervelende situaties waarin hij zich niet goed voelde, maar hier thuis is hij daar dus nooit mee geconfronteerd geweest.

Wat dacht je van school? Een juf weet vast alles beter, zij heeft er tenslotte voor gestudeerd. Klakkeloos heb ik jaren alles maar voor waar aangenomen. Ik was bang om die mama te zijn die niet wil inzien dat haar kind problemen heeft, en dan was ik niet eens de echte mama! Overigens heb ik nooit gedacht dat Robbe en Lotte doorsnee kinderen waren, maar hun problemen zaten toch net iets anders in elkaar dan men dacht. Als ik erop terugkijk zat ik bij beide heel goed in de buurt met mijn intuïtie.

Na negen jaar…

In die negen jaar als pleegmama ben ik vooral een stuk meer zelfzeker geworden. Ik sloeg al eens met de vuist op tafel en heb gevochten voor hen als een leeuwin voor haar welpjes. Ik zal er alles aan doen om voor hun rechten op te komen en hen te leren hoe ze dat later voor zichzelf mogen doen, op een fatsoenlijke manier uiteraard. In die negen jaar leerde ik ook de mensen die voor de instanties werken beter kennen en zij mij. Ik durf mijn gedacht te zeggen bij de jeugdrechter zonder de angst om mensen te kwetsen. Ik kom daar hooguit één keer per jaar en het is dan dat ik het moment moet pakken om hen te vertellen hoe het echt gaat. Ik wil alles eerlijk kunnen uitspreken, daar heeft iedereen wat aan.

Ja, ik denk met plezier terug aan die eerste onwennige momenten als pleegouder, maar ben toch blij dat ik nu wat steviger in mijn schoenen sta.

 

183. Na vijf jaar gaat het er dan toch van komen.

Robbe wordt bijna zes jaar, hij is momenteel 5,5 jaar bij ons. Zijn plaatsing betekende een moeilijke weg, zowel met hem als met zijn mama. Maar hoe zit het nu met zijn papa? Uit het niets kregen we namelijk een paar maanden geleden bericht van onze begeleidster dat hij contact had opgenomen met haar…

Robbe heeft zijn vader voor het laatst gezien toen hij vier maanden oud was, een bezoek dat geregeld werd toen hij nog bij zijn crisispleegouders woonde. Dat wil dus zeggen dat Bert en ik zijn vader nog nooit gezien hebben. Om heel eerlijk te zijn speelde het hier nooit eerder een rol, Robbe had een buikmama en een zorgmama en Bert was gewoon papa, klaar…

Hoe heet mijn papa?

Het was dankzij de nieuwsgierigheid van Lotte dat er dit jaar voor het eerst over gesproken werd. Zij deed namelijk de ontdekking dat je een mama en een papa nodig hebt om een kindje te maken (including all the dirty details, help!!!) “Hebben mijn echte mama en papa mij dan gemaakt? Iew!” en daarna volgde al snel: “Huh wie heeft Robbe dan mee gemaakt?!”

Robbe spitste natuurlijk meteen zijn oren, dit ging over hem. We hebben op dat moment dan ook rustig uitgelegd dat ook hij een echte papa heeft. “Hoe heet mijn papa dan?” We vertelden zijn naam, maar zeiden ook dat wij verder niet veel weten, omdat we hem nog nooit hebben gezien.”

Wat wil hij?

Eigenlijk was het eerder ‘Wat moet hij?’ toen we te horen kregen dat hij contact had opgenomen. We hebben het eerste jaar zo gehoopt dat ook hij interesse zou tonen naar zijn zoon, maar helaas. Dat hij uitgerekend nu contact opneemt, na een voor Robbe heel moeilijk jaar, baalde ik echt wel van en ik was dan ook erg op mijn hoede.

De begeleidster beloofde dat we echt niet ineens bezoeken op zouden starten en dat ze eerst zelf eens bij hem ging horen wat zijn bedoelingen zijn.

Het tempo van Robbe.

Het antwoord is dat hij zelf nog niet goed weet wat hij wil… Hij wil weten hoe het met Robbe gaat, maar weet voor zichzelf nog niet of hij ook echt contact wil. Verrassend genoeg lijkt zijn vader te begrijpen dat we het tempo van Robbe moeten volgen. Hij vraagt naar de mening van de begeleidster en zelfs naar het standpunt van de psychologe waar Robbe regelmatig naartoe gaat. Ze zijn samen overeengekomen dat hij zijn zoon eerst mag leren kennen via ons: de pleegouders en de pleegzorgbegeleidster. Robbe wordt zo dus voorlopig gespaard van extra stress.

Omdat papa zelf aangeeft dat hij niet durft te garanderen dat hij een blijvende rol in het leven van Robbe kan innemen, ben ik blij dat we het op deze manier gaan aanpakken. Op het moment dat onze kleine man zelf behoefte krijgt aan contact of vragen heeft, kunnen we hem hopelijk laten zien dat er wel degelijk interesse was vanuit papa’s kant.

Zenuwachtig.

En zo zullen we na ruim 5 jaar dan voor het eerst een kennismaking hebben met zijn vader. Jullie kennen mij al: dat wordt weer een zenuwachtige bedoeling 😉 We worden gelukkig gesteund door de begeleidster die ook al aangaf dat het voor hem ook een hele moeilijke stap is, vooral omdat hij zo lang uit beeld bleef. We gaan er maar weer met een ‘open mind’ naartoe, zoals we dat elke keer deden bij zo’n kennismaking.

182. Een kamer vol wolletjes of nog een baby?

De verbouwingen aan ons huis zijn nog steeds volop bezig. In principe kan ik al bijna verhuizen, want mijn favoriete kamertje is bijna klaar: de hobbykamer! Ik zie het al helemaal voor me waar ik mijn verzameling wolletjes ga uitstallen, uiteraard allemaal op kleur 😉 Maar als ik daar dan in die kamer sta, betrap ik mij erop dat ik vaak denk: “We kunnen gerust nog een kindje in ons warm nestje opnemen…”

Nog één keer.

Nog één keer de spanning wanneer je wacht op het telefoontje, nog één keer een verhaal van de pleegzorgbegeleidster aanhoren en daarna beslissen of we ervoor zullen gaan, nog één keer die eerste ontmoeting,… nog één keer.

Maar wat er ook bij komt kijken: weer die weg afleggen. Geduld hebben met het kindje, met zijn ouders en met hun situaties. De band die we nu hebben met de ouders van Lotte en met die van Robbe is prima, maar dat was lang niet altijd zo…

Robbe.

Ik weet wel waarom de gedachte nu wel door mijn hoofd spookt en een jaar geleden niet. Ik heb een derde pleegkindje lang uitgesloten omdat ik voelde dat Robbe het niet of moeilijk aan zou kunnen: nog meer concurrentie binnen het gezin, nog iemand waarmee hij mijn aandacht moet delen…

Maar nu gaat het goed met Robbe, heel goed zelfs. Hij vroeg me laatst wanneer we bij onze pleegzorgbegeleidster nog een baby ‘konden gaan halen’. Om van Lotte nog maar te zwijgen, die droomt al lang van een levende pop 😉 Aan hulp geen gebrek hier hoor!

Verstand versus hart.

En dan loopt er hier nog eentje rond… Bert ziet het echt niet zitten om er nog eens aan te beginnen. Bij hem blijven de ‘avonturen’ van de eerste moeilijke jaren wat langer na denderen. Hij is sowieso iemand die zijn verstand volgt en ik eerder mijn hart.

Moest ik alleen zijn en ik kreeg een verhaal voor mij over een kindje dat op een pleeggezin ligt te wachten… ik denk niet dat ik nee zou kunnen zeggen. Ik blijk nu eenmaal toch wel een echte moederkloek te zijn. Misschien dus maar goed dat ik niet alleen ben 😉

De toekomst.

De kamer zal voorlopig dus gevuld zijn met wol, haaknaalden, stofjes, stiften, boekjes,… noem maar op. Ik kijk er al naar uit om mijn eigen plekje te hebben daar.

In de toekomst wil ik toch nog één keer iets betekenen, nog één keer het verschil maken. Misschien als de kinderen ouder zijn of zelfs als ik gepensioneerd ben. Misschien probeer ik anderen gewoon nog iets meer te laten nadenken over pleegzorg. Misschien ontferm ik me in de vakanties over pleegkinderen. Hoe dan ook, ik zou ooit nog eens dat verschil willen maken…

176. Dit raakt mijn hart.

Via mijn facebookpagina krijg ik regelmatig privéberichtjes over mijn blog, stellen ze vragen over hoe pleegzorg werkt en over onze situatie op zich. Ik vertel mensen graag over pleegzorg, dus dat maakt me alleen maar blij. Onlangs kreeg ik echter een bericht dat mijn hart echt geraakt heeft, in de positieve zin!

De moederrol volledig overnemen?

De reactie begon dat ze eigenlijk een bepaald beeld had van mij en van pleegzorg in het algemeen. Dat ik waarschijnlijk de zoveelste pleegmama was die de moederrol helemaal van de echte mama wou overnemen. Gelukkig is ze mijn blog blijven lezen en volgen en is haar mening ondertussen bijgedraaid. Ik trek het me altijd heel fel aan wat anderen van mij denken, maar van deze lezeres maakte het dubbel zoveel indruk.

De andere kant van pleegzorg.

Deze dame kent pleegzorg, maar dan van de andere kant. Ze zat zelf in meerdere pleeggezinnen, waar ze zowel negatieve als positieve ervaringen opdeed. Hierdoor beseft ze dan ook heel goed dat pleegzorg een grote invloed heeft op een kind. Blijkbaar is Robbe voor haar geen onbekende en weet ze van zijn achtergrond en die van zijn mama.

“Ai, hopelijk neemt ze me niets kwalijk en begrijpt ze uit mijn blog dat ik zijn mama geen verwijten maak en vooral: dat we Robbe heel graag zien!” En gelukkig ziet ze dat, ze schreef dat hij de cirkel dankzij ons kan doorbreken. Wat een compliment, want dat is uiteraard ons doel: dat hij later alle kansen kan krijgen!

Een verhaal dat moed geeft.

Maar ook haar eigen verhaal geeft me moed… Want ook zij heeft de cirkel doorbroken. Zulke ervaringen geven me altijd hoop dat het met onze oogappels ook goed zal komen. Verder gaf ze aan dat ze na het lezen van de blogs een beter beeld heeft van pleegzorg: duidelijker, maar ook positiever en dat doet zoveel deugd!

Lieve lezeres, jouw bericht heeft me echt geraakt. Bedankt dat je de tijd nam om voorbij je eerste oordeel te gaan, te blijven lezen en mij als pleegmama een kans gaf. Dit motiveert me nog meer om door te gaan. Dankjewel dat je me laat zien dat een pleegkind sterk genoeg kan worden om tot een succes op te groeien. Merci!

 

173. Broer en zussen van Lotte en Robbe.

Ik krijg af en toe nog steeds de vraag of Lotte en Robbe echt broer en zus zijn. Het antwoord is nee, ze komen allebei uit een andere gezinssituatie. Dat weten ze zelf ook, want volgens Lotte is het ook geen probleem om later met elkaar te trouwen 😉 Toch maar liever niet hoor hihi! Ze zien elkaar echter wel gewoon als broer en zus, logisch ook want zo groeien ze nu eenmaal op samen. Ze vechten met elkaar, maar zeker ook voor elkaar, zoals het hoort dus… Maar ze zijn allebei niet enigst kind binnen hun ‘biologisch gezin’.

Twee verschillende pleeggezinnen.

Lotte heeft een oudere broer en zus, ze groeien samen op in een pleeggezin een uurtje hiervandaan. Voor hen was de komst van een klein zusje een grote verrassing. Voor iedereen eigenlijk, want niemand wist dat hun mama zwanger was. Toen Lotte zes maanden oud was, gingen we voor de eerste keer kennismaken. Zij zal zich zelf nog niet druk hebben gemaakt om de ontmoeting, maar voor de rest was het toch wel een spannend moment.

Een beetje onwennig.

Wij waren benieuwd naar haar broer en zus, maar ook naar hun pleegouders. Het voelde allemaal een beetje onwennig, maar het tweetal was super trots toen ze met hun kleine zusje poseerde voor de foto’s! We hadden een goede klik en spreken sindsdien af en toe eens af om hen wat tijd samen te geven. Ondertussen praten de pleegouders wat bij en vinden we heel veel herkenning bij elkaar. Wonderbaarlijk om te zien hoe doorslaggevend de genen toch wel kunnen zijn zeg! Ze groeien op in twee verschillende omgevingen, maar het zijn allemaal dromerige, impulsieve en vooral hele lieve kinderen! Ook deze vakantie staat er weer een bezoekje met broer en zus gepland, ze kijkt er al naar uit!

Geen makkelijke situatie.

Robbe heeft een halfzusje. Als tweejarig jongetje zag hij de buik van zijn mama groeien als we een bezoekje hadden. Dan werd er tegen hem verteld dat hij grote broer ging worden, omdat mama een baby’tje kreeg. Ik heb de situatie altijd moeilijker gevonden dan die van Lotte. Haar broer en zus wonen ook in een pleeggezin, net zoals zijzelf. Robbe zou straks merken dat zijn zusje wel met zijn mama mee naar huis gaat en hij niet.

Zo ging het uiteindelijk ook, we zijn in het ziekenhuis naar zijn zusje gaan kijken een dag na haar geboorte. Op zich fijn dat dat allemaal kon, want ik kan me ook voorstellen dat het voor zijn mama niet fijn is om aan haar kraambed nog eens geconfronteerd te moeten worden met het feit dat ze niet allebei haar kinderen bij haar heeft. Ze mocht zelf aangeven hoe ze het wou op dat moment, maar ze stuurde de eerste dag al meteen een berichtje of ik met Robbe kwam kijken.

Band met zijn zusje. 

Daarna zag hij zijn zusje ongeveer één keer per maand. Af en toe ging ze alleen met hem naar de speeltuin, maar ook regelmatig samen met zijn halfzusje. Mama vond het namelijk erg belangrijk dat ze een band zouden opbouwen. Ondertussen woont ook zijn zusje niet meer thuis en ziet hij haar niet meer. Er zijn ook al anderhalf jaar geen bezoeken meer geweest met zijn mama.

Omdat ik na deze tijd wel zie dat hij zijn rust heeft gevonden wil ik het voorlopig even laten rusten. Ook omdat zijn zusje helemaal geen besef heeft van het bestaan van Robbe. Voor allebei de kinderen is de situatie al moeilijk genoeg op het moment en vind ik het belangrijk dat ze hun draai vinden, ieder in hun eigen pleeggezin. We staan er altijd voor open om er later werk van te maken dat ze elkaar kunnen zien, in overleg met pleegzorg, op een moment dat het voor hen allebei een meerwaarde is natuurlijk.

Het leven van een pleegkind kan soms toch wel heel ingewikkeld zijn he?

Lees hier over de eerste kennismaking van Lotte met haar broer en zus en over de broer- en zusdag  van vorig jaar.

171. Een huisbezoek, maar dan anders…

Regelmatig komt onze pleegzorgbegeleidster op huisbezoek. Vaak is dat als de kinderen op school zitten zodat we ongestoord bij kunnen praten over de pleegplaatsing en alles wat daarbij komt kijken. Samen overleggen we dan hoe we de dingen aan kunnen pakken. Als de kinderen wel thuis zijn, neemt ze de tijd om op hen niveau te praten over hun situatie. Lotte vindt praten sowieso heel leuk, dus dat is geen probleem 😉 Voor Robbe is het af en toe zware kost en hij voelt zich niet altijd even goed op zijn gemak. Dat pikte zijn begeleidster laatst dus ook op: “Ik wil eens iets leuks met hen gaan doen, zodat ze mij niet altijd associëren met moeilijke gesprekken,” zei ze.

Schommelen met de ‘regelmevrouw’.

Vandaag stond er ook een huisbezoek gepland. Ik vertelde de kinderen afgelopen weekend al dat ze nog eens langs zou komen. “Wanneer mag ze ook eens met ons mee naar de speeltuin?” vroeg Lotte. Hmm dat was nog niet zo’n slecht idee… Snel een mailtje naar de begeleidster of zij het ook zag zitten. Zo gezegd, zo gedaan, vandaag zaten we met zijn allen in de speeltuin 😊 Zo konden we een beetje bespreken hoe de kinderen hun schooljaar hebben afgesloten (heeel goed dus!) en af en toe kwam Lotte haar halen om mee te gaan spelen. Robbe volgde hen al snel en even later werd er naar hartenlust geschommeld. Ik zag Lotte genieten van de aandacht en hopelijk heeft Robbe ook gemerkt dat die ‘regelmevrouw’ ook heel lief is en super hoog kan schommelen 😉

De rol van de pleegzorgbegeleider.

Ik begin hen meer en meer te vertellen welke rol zij voor hen kan invullen. Dat als ze vragen hebben over hun papa of mama, dat ze haar dat allemaal mogen vragen. Maar dat ze het ook aan haar mogen vertellen als ze zich ergens niet zo goed bij voelen.

Als ze later zelf naar de zittingen van de jeugdrechter moeten (vanaf 12 jaar) kan zij hen daar ook op voorbereiden en begeleiden. Dan is het toch belangrijk dat ze zich op hun gemak voelen bij haar. Dat is een weg die ik ook heb moeten afleggen, want dat is er natuurlijk niet meteen vanaf de eerste kennismaking. Ik apprecieer het toch wel dat ze de tijd neemt om die weg ook af te leggen met Robbe en Lotte. Het was alleszins fijn om vanop het terras met mijn koffietje in de hand toe te kijken naar dat drietal!

168. Hoe vaak ziet Robbe zijn ouders?

Gisteren vertelde ik jullie over de bezoeken van Lotte met haar mama en papa. Vandaag schrijf ik over de hobbelige weg die we op dit gebied al aflegden met Robbe zijn ouders…

Zijn ouders zijn niet meer samen. Zo lang Robbe bij ons woont heeft hij enkel contact gehad met zijn moeder, zijn vader heeft hij voor het laatst gezien toen hij vier maanden oud was.

Moeilijke start.

Met de mama van Robbe zijn we gestart met twee bezoeken per maand op de dienst van pleegzorg. Eerst met begeleiding, later bleef alleen ik erbij, terwijl de begeleidster een ruimte verderop zat, maar nog steeds in de buurt dus. Het was op die momenten heel moeilijk omdat Robbe alleen bij mij op schoot wou zitten en niet bij zijn mama. Ik zag haar frustratie (begrijpelijk natuurlijk) en ik probeerde constant om de situatie te sussen. Dan gaf ik haar een potje fruitpap om Robbe eten te geven. Op deze manier moest hij wel dichterbij haar komen. Ook benoemde ik constant dat zij ‘mama’ was. Eigenlijk best een geforceerde bedoeling allemaal.

Naar de speeltuin.

We beslisten om voortaan af te spreken in de (binnen)speeltuin, zodat er wat afleiding was en ze op een ontspannen manier met haar zoon kon spelen. Maar weer wou Robbe niet bij haar zitten en wat maakte haar dat boos zeg! Natuurlijk was die reactie wel te begrijpen, maar het hielp de situatie niet verbeteren.

Na een gesprek met de jeugdrechter was het voor haar duidelijk hoe belangrijk het is om naar Robbe te luisteren. Soms niet gemakkelijk, maar we moesten geduld hebben. Ik ben geduldig geweest met zijn mama, zij is geduldig geweest met Robbe. Zo hebben we er samen naartoe gewerkt om de bezoeken zo rustig mogelijk te laten verlopen. Wat was het dan ook fijn toen Robbe en ik samen zijn mama bij de bushalte ophaalden en hij beide handjes uitstak: één voor mij en eentje voor zijn mama. Zo wandelden we samen naar de speeltuin. Daar dronken we dan rustig iets op het terras en af en toe ging ze met hem eens mee van de glijbaan. Zalige bezoekregeling nietwaar?!

Te vroeg gejuicht.

Het heeft echt een paar jaar goed gegaan op deze manier. Maar als mama het moeilijk heeft, weerspiegelt zich dat in de bezoeken en kwam ze niet altijd meer. Al bedoelde ze het zo niet, Robbe voelde zich afgewezen als ze niet kwam opdagen op het afgesproken tijdstip. Ondertussen zijn er zelfs geen bezoeken meer. Mama geeft aan de dingen eerst op een rijtje te willen krijgen en Robbe gaf overduidelijk aan dat hij niet kon omgaan met de onzekere bezoekregeling. Al miste hij haar vaak, de rust doet hem duidelijk ook veel deugd.

We zijn nu voorzichtig begonnen met berichtjes op en neer te sturen en wachten het juiste moment af voor zowel Robbe als zijn moeder om weer aan bezoeken te beginnen.

Wat met papa?

Zijn vader heeft een tijdje geleden totaal onverwacht contact gezocht met de pleegzorgbegeleidster. Het is natuurlijk van groot belang dat als hij een rol wil in het leven van Robbe, hij die rol ook blijft houden. Het is niet de bedoeling dat hij na één keer weer uit zijn leven verdwijnt en Robbe verward achterlaat. Hij kan eerst zijn zoon leren kennen door middel van contact met pleegzorg, daarna met Bert en mij en van daaruit zien we wel waar het schip strandt. Iedereen heeft nu gelukkig wel door dat alles op zijn tijd moet gaan en vooral volgens het tempo van Robbe, alleen dat van hem ❤

Jullie zien dus hoe moeilijk het van tevoren in te schatten is hoe vaak pleegkinderen contact zullen hebben met hun ouders. Soms begint dat met een intensieve bezoekregeling en valt deze stil na verloop van tijd, maar het kan ook zomaar gebeuren dat er veel meer contact komt tussen hen. Er kan worden opgebouwd van een uur naar dagen, weekendjes,… afhankelijk van de situatie van het kind en de ouders.

Tja, pleegzorg een onzeker maar dankbaar bestaan he 😉

Lees hier meer over zijn papa.

167. Hoe vaak ziet Lotte haar echte ouders?

hierVia mijn Facebookpagina krijg ik regelmatig een pb met een vraag over onze pleegzorgsituatie. Dat is heel goed, want dat was één van de redenen om te beginnen met deze blog: mensen informeren over pleegzorg. Een vraag die vaak terugkomt is: “Hoe vaak zien de kinderen hun echte ouders?” Vandaag geef ik hierop een antwoord en ik begin bij de regeling van Lotte.

Elke maand een half uur.

Toen Lotte kort na haar geboorte bij ons kwam wonen, werd er beslist dat we 1x per maand een bezoek zouden doen met haar papa en mama. Ik zou dan met haar naar een bezoekersruimte rijden in de woonplaats van de ouders, ongeveer een uurtje hiervandaan. Daar mocht Lotte dan een half uurtje knuffelen met hen onder toezicht van de pleegzorgbegeleidster, terwijl ik even de winkels in ging. Jammer genoeg gebeurde het regelmatig dat ze er niet waren en uiteindelijk werd na een jaar de beslissing genomen om de bezoekregeling voorlopig stop te zetten.

Vanaf dat Lotte twee jaar is, zijn er voortaan drie bezoeken van een uur per jaar gepland, op de dienst van pleegzorg. Zowel ik als de pleegzorgbegeleidster blijven aanwezig op dat moment. Zij gaat hen zelfs thuis ophalen, zodat we de beste kans hebben op een geslaagd bezoek. Tijdens dat uur gebeurt het vaak dat Lotte al het speelgoed uit de kasten haalt en aan mama laat zien hoe je ermee moet spelen. Haar papa is ondertussen druk bezig om alles weer netjes op te ruimen 😉 Thuis krijg ik die dagen erna vaak de vraag waarom haar echte papa en mama wel al haar rommel opruimen en ik niet haha!

Lees verder “167. Hoe vaak ziet Lotte haar echte ouders?”

163. Wat doet een pleegzorgbegeleider?

Jullie zien hier regelmatig het woord ‘pleegzorgbegeleider’ terugkomen, maar wat is dat nu eigenlijk en wat doet zij allemaal? Tegenwoordig moet ik eigenlijk de term pleegzorgwerker gebruiken, maar daar kan ik moeilijk aan wennen 😉

Je krijgt ze er gratis bij.

Wanneer een pleegkind geplaatst wordt, krijg je zijn/haar begeleider er gratis bij. Zij (bij ons is het een vrouw) komt regelmatig op huisbezoek om te zien of alles goed loopt. Vaak spreken we een moment af dat de kinderen op school zitten, zodat we vrijuit over hun situaties kunnen praten. Bij haar kan ik raad vragen, mijn gal spuwen en er kan natuurlijk ook al eens gelachen worden. Het had voor mij even tijd nodig om die vertrouwensband op te bouwen, maar ik ben ondertussen goed op mijn gemak bij haar en heb het gevoel dat ik er alles tegen kan zeggen.

Op belangrijke momenten zoals een zitting bij de jeugdrechtbank of een gesprek met de jeugdconsulent, komt ze altijd mee als we dat vragen. (en zelfs dat vragen is eigenlijk niet nodig) Ook als Lotte een bezoek heeft met haar ouders, wordt dit bezoek door haar begeleid op de dienst van pleegzorg. Bij Robbe was het vroeger niet nodig omdat ik en zijn mama dat prima zelf konden regelen, elke situatie is anders.

Begeleidster als tussenpersoon.

Als ik een overleg heb op school omdat er zorgen zijn rond de kinderen, vind ik het ook fijn als ze met me meekomt. Ik heb het gevoel dat er naar haar soms beter geluisterd wordt, want ik ben ‘maar’ de pleegmama. Achteraf kunnen we dan even gedachten uitwisselen over hoe het gesprek ging. Ik heb de neiging om vooral de negatieve dingen te horen en dan is het wel fijn om van een ander te horen dat er toch ook veel positieve dingen verteld zijn.

Ik kan me ook een beetje verschuilen achter de begeleidster wanneer er een lastige vraag komt. Dat kan van de kinderen zijn of soms ook van hun echte ouders. Zo kreeg ik van Robbe zijn mama eens de vraag of ze niet eens alleen met hem naar de speeltuin mocht. Dan is het wel eens gemakkelijk om te zeggen dat ze dat maar aan de pleegzorgwerker moeten vragen, omdat ik het antwoord niet weet. Zulke beslissingen worden sowieso niet door mij genomen, maar dan hoef ik al niet te zeggen dat ik het op dat moment eigenlijk niet zie zitten. Op die manier zal zijn mama mij niets kwalijk nemen.

Wisselen van begeleider.

Jammer genoeg hoort dit er ook bij. Soms veranderen ze van job of zijn er verschuivingen op de dienst van pleegzorg. Ik moet eerlijk bekennen dat ik dat moeilijk vind. Je stelt je voor iemand open, laat ze binnen in je huis en bouwt een band op waardoor je elkaar beter en beter begint aan te voelen. Hoewel de richtlijnen binnen pleegzorg wel ongeveer hetzelfde zullen zijn, heeft iedere pleegzorgwerker toch zijn eigen werkwijze. Zo hadden we iemand die heel strikt was in het naleven van de bezoeken, tot op de minuut zelfs. Streng, maar ook heel duidelijk dus. Dan is het even wennen als de volgende begeleidster daar veel soepeler in is natuurlijk. Conflicten zijn er hier eigenlijk nooit geweest en ondertussen hebben we al 5 jaar dezelfde pleegzorgwerker.

Samenwerking met de kinderen.

Uiteraard is het ook de bedoeling dat er huisbezoeken zijn waar de kinderen zelf wel bij zijn. Hier kijken ze daar altijd naar uit, vooral omdat ze dan vaak met de Duplo poppetjes mogen spelen. Ze heeft dan een bak vol poppetjes mee in alle kleuren en maten. De kinderen mogen dan zelf (of met haar hulp) hun gezin neerzetten. Ik moet toegeven dat het telkens weer mijn ego streelt als ik als eerste poppetje plaats mag nemen naast het poppetje dat Robbe of Lotte moet voorstellen. Het is mooi om te zien dat ze heel goed beseffen hoe hun gezinssituatie eruit ziet. Robbe zet zijn papa en mama er altijd bij, maar durft ook aan te geven dat hij er niets over wil zeggen en dan is dat ook prima natuurlijk.

Vooral met hem is het de laatste tijd confronterend omdat hij zijn mama al lang niet meer zag. Maar ook dat voelde onze lieve begeleidster perfect aan… “Binnenkort kom ik eens langs om iets leuks met hen te doen, het hoeft niet altijd zo’n zware materie te zijn als ik bij jullie kom. Ik wil ook eens met hen lekker komen springen op de trampoline.” Of pleegzorgwerkers ook een goede conditie hebben weet ik jullie dus binnenkort te vertellen 😉

Lees verder hoe we met de begeleidster naar de speeltuin gingen.

%d bloggers liken dit: