En dan gaat het mis… goed mis!

Het zat er al even aan te komen. Op school is Robbe weer aan het ploeteren. Zijn bezoeken zijn al enige tijd niet door kunnen gaan en hij voelt zich afgewezen, onbelangrijk, in de steek gelaten. Wat hebben ze op school hun best gedaan om hem een beter zelfbeeld te geven, hem te doen inzien dat hij er mag zijn, dat hij wel belangrijk is. Maar zo’n mislukt bezoek helpt alles naar de knoppen. Waar hij een half jaar geleden steeds beter wist om te gaan met veranderingen, onzekerheden,… lukt hem dat nu niet meer. Een extra juf erbij, een nieuw kindje in de klas. Die klas die almaar groter wordt. Hij kan het niet meer aan. De juf liet al meerdere keren weten dat het moeilijk ging.

Donderdagnamiddag half 4. Ik kom juist aan op school en word gebeld op mijn gsm. Ik neem de telefoon op terwijl ik naar de schoolpoort wandel. “U spreekt met de directeur van de school, mevrouw.” “Kut! Dit is foute boel!” denk ik meteen. Terwijl ik de speelplaats binnen ga, zie ik een aantal kleuters huilen, ze worden getroost door hun mama’s. Van Robbe geen enkel spoor. Ik schrik me rot, wat is er gebeurd?!

De directeur vertelt me dat Robbe zijn juf zo hard heeft gebeten dat ze naar de dokter is moeten gaan. Hij is zoooo boos geworden! Ik ga op een bankje zitten en voel al enkele blikken van medemama’s, blikken vol medelijden. Ik begin te huilen, voel me zo machteloos, zo schuldig! Ondertussen komt de turnleerkracht met Robbe bij me zitten. Robbe zegt niks, wrijft troostend over mijn arm. De school vraagt me of ik hem voorlopig thuis kan houden in verband met de veiligheid van de andere kinderen. We gaan met tweeĂ«n werken, dus hoe ik dat op moet lossen? Ik weet het niet! Maar ik snap de vraag. De directeur zegt later terug te bellen, hij begrijpt dat ik het allemaal moet laten bezinken…

We vangen het voorlopig wel even op met hier en daar wat verlof op te nemen. Dankbaar voor de flexibiliteit van onze werkgevers. Later die avond bellen we nog even met de juf en ook met de directeur. Ze verwijten ons gelukkig niks, zijn oprecht bezorgd om Robbe en hoe het nu verder moet. Want het is duidelijk: zo kan het niet!

Hij zal een beter plekje hebben in het bijzonder onderwijs, waar de klasjes klein zijn en waar ze hem veel structuur en zekerheden kunnen bieden. Die stap naar bijzonder onderwijs is voor ons geen probleem meer, dat stadium zijn we gepasseerd nadat we gezien hebben dat dat voor Lotte ook de oplossing bleek te zijn. Maar vanwege het M-decreet moet er een diagnose zijn. En die kan enkel gegeven worden door een kinderpsychiater. En die hebben lange wachtlijsten! Gisteren toch maar eens gebeld en ze maken er gelukkig heel snel werk van. Maandag kan ik met hem al terecht en donderdag komen we met alle partijen samen om te kijken wat we voor hem kunnen doen. Hopelijk is er snel een oplossing.

Ondertussen is Robbe gisteren een dagje papa’s hulpje geweest en zal hij de komende week lekker bij ons blijven. Donderdagavond riep hij vanuit zijn bedje: “Ik ga nooit meer naar een ander huis!” Ik vraag me af wat er in dat hoofdje omgaat. Gelukkig gaat het thuis wel goed, hier al lange tijd geen woedebuien meer gehad.

We gaan er het beste van maken. Na de eerste schrik heb ik gisteren en vandaag toch lekker afleiding gehad op het werk bij mijn lieve, grappige collega’s. Ook de ‘Timtation’ van donderdagavond nam een deel van mijn stress weg 😉 Dank u Tim!

Morgen staat er een dagje K3 op het programma, een verrassing voor Lotte. Wat zal ze blij zijn!

Veel liefs, Lindsay

57. Terug bij af?

Vrijdagochtend, half 9. Ik zit in de auto onderweg naar het werk. Dat is maar een rit van 2 minuten want ik kom juist van Robbe zijn school die vlakbij mijn werk ligt. In die 2 minuten probeer ik mijn tranen te bedwingen…

Zijn juf liet me juist weten dat het weer helemaal mis gaat op school: boos worden, kindjes pijn doen,… niet goed dus 😩 In de kerstvakantie zijn er 2 bezoekmomenten geweest die zijn misgelopen en dat heeft hem weer helemaal onzeker gemaakt. Zijn vertrouwen in de mensen om hem heen lijkt als sneeuw voor de zon verdwenen. Een kindje dat even niet met hem wil spelen, maakt hem ontzettend kwaad terwijl hij waarschijnlijk gewoon verdrietig is om de afwijzing die hij weer krijgt.

Wat zeggen kleuters als ze boos zijn? “Ik wil nooit meer met jou spelen!” of “Je bent mijn vriend niet meer!” Het gebeurt overal, in elke klas, maar voor Robbe komen die woorden nu waarschijnlijk heel hard aan 😩

Ik heb te snel victorie gekraaid, zoveel is duidelijk. Daarom kwam de mededeling van de juf dubbel zo hard binnen. Daarom zit ik nu in de auto mezelf moed in te praten om mijn tranen te bedwingen. “Werk gewoon je 5 uurtjes en jank daarna maar.” Maar zo werkt het niet. Ik ben meestal nogal ‘aanwezig’ als ik de kantine binnenkom, maar vandaag was ik stil. En dat viel ook mijn collega’s al snel op. Eens die dan probeerden te weten te komen wat er aan de hand was, gingen de sluizen nog maar eens open.

Ze zijn er echt voor mij en dat is fijn. Van de één een knuffel, van de ander een luisterend oor en mijn collega die er wat ongemakkelijk van werd wou al een chocomousse brengen 😉 Ik mocht de tijd nemen die ik nodig had om weer tot mezelf te komen. Allemaal heel fijn, maar tegelijkertijd baal ik ook dat ik mijn zorgen mee naar het werk pak.

Dit weekend is het thuis allemaal heel goed gegaan. Hebben hem wat extra aandacht gegeven om te laten zien dat hij er mag zijn. Hij is lekker gaan zwemmen met Bert en daar heeft hij van genoten. Ik hoop dat hij het vandaag op school ook gaat volhouden om niet meteen boos te worden. Ik heb hem weer een knikker gegeven die hij kan vasthouden als hij boos of verdrietig wordt. “Als je die vastpakt, denk je maar aan mama, dan denk ik ook aan jou.”

42. Geen monster meer in de klas…

Een paar keer per jaar zijn er oudercontacten op school. Je krijgt dan een briefje mee om in te vullen wanneer het past om een kwartiertje op gesprek te komen. Hier nooit briefjes… Terwijl de meeste kindjes met zo’n papiertje naar huis gaan, zie ik de juf mijn kant op komen. Ik ‘krijg’ altijd een gesprek waarvoor ze extra veel tijd uittrekken… Het was al zo toen Lotte naar de kleuterschool ging en toen Robbe ook oud genoeg was kreeg ik ook de ‘eer’ om rond de tafel te zitten met de zorgleerkracht, directie, CLB,… Hoewel ik me daar echt niet op me gemak voelde en zelfs wat geĂŻntimideerd was om tegenover hen te zitten, deed het me wel deugd dat er zoveel mensen betrokken waren. Ze staken veel zorg en moeite in hem.

Vorig jaar december trokken ze echt aan de alarmbel. Zijn gedrag was niet meer te houden in de klas, de juf zat met haar handen in het haar. En hoewel ik wist dat ik er niks aan kon doen, voelde ik me schuldig. Weer was het er eentje van mij die een last was in de klas. Althans zo nam ik het op, want de juf is er altijd duidelijk in geweest: ze wil hem helpen zodat hij zich beter voelt. Hij sloeg kwaad om zich heen naar zowel de kindjes als de juffen, kon zijn gevoelens niet uiten en werd alleen maar boos. We wisten wel waar het vandaan kwam, maar hoe moesten we ermee omgaan?!

Vandaag weer zo’n gesprek en weer zat de tafel vol: zijn juf, de zorgjuf, directie, juf van bijzonder onderwijs die hem een paar keer per week opzoekt en dan nog iemand van Traumazorg Limburg die we deze zomer hadden opgetrommeld. 2 maanden geleden hadden we een plan van aanpak gemaakt en vandaag zouden we gaan evalueren hoe het nu met hem gaat…

En het gaat goed, mijn gevoel zat juist: hij is verbaal zoveel sterker geworden! Kan zijn gevoelens uiten, weet perfect uit te leggen waarom hij een bepaald gevoel heeft. De juf introduceerde na de herfstvakantie een monsterthema, waarbij het monstertje bang, boos, verdrietig, blij,.. kan zijn. Bij elke emotie hoort een kleur om het nog wat duidelijker te maken en ik merkte al snel dat hij begon te benoemen hoe hij zich voelde. Hij tekende dan een bang monstertje en zei dat het monstertje bang was. (Robbe zelf dus 😉 )

Om zijn zelfvertrouwen te verbeteren kreeg hij van de juf een belangrijke taak: hij werd jassencontroleur. (al schiet hij in de lach bij KONTroleur 😉 ) Het is zijn taak om na te gaan of iedereen zijn jasje netjes heeft opgehangen. Dit doet hij met veel zorg en het geeft hem het gevoel dat hij ergens goed in is. En wat is er leuker dan andere kindjes erop te wijzen dat ze hun fluovestje niet op de grond mogen laten slingeren haha! Het zijn kleine dingen die hem echt vooruit helpen. We gaan de goede kant op en dat doet me deugd. Nu ben ik blij dat we nooit hebben opgegeven op die moeilijke momenten die we met hem meemaakten.

Hoewel ik liever gewoon een briefje mee krijg voor een gesprekje van een kwartier ben ik blij dat de school dit voor hem heeft willen doen. We zijn er nog niet en hebben waarschijnlijk nog een weg te gaan, maar vandaag ben ik vooral blij met dit fijne oudercontact. En samen blijven we knokken voor dat ventje, als dat geen liefde is… ❀

 

Wil je lezen waarom Robbe zo’n moeilijke start heeft gehad?

18. Een jongetje!

19. Wij blijven bij je!

20. Tijd voor iets anders


29. Het verdriet dat we niet in de hand hebben…

Iedereen die Lotte kent, zegt dat ze zo’n vrolijke gelukkige meid is. Dat is ook zo, dat heb ik al meerdere malen vermeld in mijn blogs. ik heb altijd gezegd dat haar plaatsing heel zorgeloos was: ze is bij ons sinds ze 2 weken oud is, ziet haar ouders zo’n 3 keer per jaar en in principe is er geen sprake van terugkeer naar huis. Ze weet dat ze zowel ons graag mag zien alsook haar papa en mama en dat doet ze ook.

Maar toch… Sinds kort blijkt ze meer ‘last’ te hebben van haar situatie dan we op voorhand verwacht hadden. Het gebeurt spijtig genoeg al eens dat haar ouders er niet zijn op de afgesproken bezoekdagen… Sinds ze een jaar of 5 was, begon ze daar vragen over te stellen: “Vinden ze mij niet lief? Zijn ze daarom niet gekomen?” Vragen die mijn hart deden breken. Om haar gevoelens wat te sparen verzon ik dan een smoesje, dat ze moesten werken of iets dergelijks.

Ondertussen is ze wijs genoeg dat ze begint te beseffen dat ze simpelweg ‘vergeten’ wordt. In het begin maakte dat haar vooral boos, maar nu heeft die boosheid plaats gemaakt voor verdriet. Ze mist haar echte mama, zegt ze. Ik vind het moeilijk. De ouders verwijten maken heeft eigenlijk geen nut, er zit geen kwade wil achter, ze kunnen gewoon niet. Maar ondertussen zit Lotte met de gebakken peren. Ik probeer haar duidelijk te maken dat het echt niet aan haar ligt, maar ik zie dat haar zelfbeeld eronder begint te lijden…

Het zelfzekere meisje is wat onzeker aan het worden en nu durft ze zelfs niet meer 100% zeker van mij te zijn. Ze weet dat ik haar niet in de steek zal laten, “maar wat als je doodgaat?” vraagt ze dan bang… Eerst denk je dat het een fase is, de dood is nu eenmaal een interessant gegeven op een bepaalde leeftijd. maar bij Lotte gaat het verder: op school tekent ze een ‘oude mama’ die doodgaat. Ze wil zelf geen mama worden, want als zij mama wordt, word ik oma en oma’s gaan dood.

Gelukkig wordt ze door de pleegzorgbegeleidster goed opgevolgd en samen houden we in de gaten of verdere hulp nodig zal zijn. Voor nu proberen we haar zoveel mogelijk gerust te stellen, dat ze gewoon lekker bij ons blijft. Dat is soms toch moeilijk hoor, dat ze verdriet hebben door iets waar je geen controle over hebt. Ik voel me dan ook echt machteloos.

Ik denk dat we vooral blij moeten zijn dat ze haar gevoelens uit, alles durft te zeggen. Dat heb ik haar ook verteld: dat je soms verdrietig kan worden om over sommige dingen te praten, maar dat anders het verdriet aan je hartje blijft plakken en dat willen we natuurlijk niet. Ik zie dat de gesprekjes haar deugd doen en dat ze daarna ook weer snel de vrolijke Lotte wordt die zo heerlijk kan dansen en zingen en dat zien we natuurlijk het liefst 🙂

 

25. Het schijtvolk…

Ja, ik weet het, het is geen schone titel. En dan te denken dat ik al boos word op de kindjes als ze pipi en kaka zeggen 😉 Maar van sommige mensen krijg ik nu eens echt het vliegend schijt!

Zo was ik toen Lotte een paar maandjes oud was met haar aan het shoppen in Weert… Kom ik een ‘bekende’ tegen die heel enthousiast naar de kinderwagen komt kijken. “Leuk!” dacht ik… En toen ging de mond open van die ‘dame’ in kwestie: “Och heb jij een kindje? Ik wist helemaal niet dat je zwanger was?!” Omdat ik altijd open en eerlijk ben geweest over de situatie antwoord ik dat Lotte een pleegkindje is. “Oh, echt waar? Kan jij zelf geen kindjes krijgen dan?” terwijl haar volumeknop een flinke draai naar rechts maakte. Ik was al lichtjes in shock dat ze het zo op de man af vroeg, maar kom, weer besluit ik rustig te antwoorden dat het voor ons op de natuurlijke manier niet lukte. Wat er toen gebeurde… “HĂ© Tamara!!! Moet je nu eens komen kijken! Zij heeft een pleegkindje omdat ze zelf geen kindjes kan krijgen!” Ze schreeuwde het zo hard door de winkel, het was gewoon schaamtelijk. Het voorval gebeurde in de New Yorker, maar zelfs daar stond de muziek me nog te zacht op dat moment. Alle hoofden onze richting uit.

Het volgende moment dat ik met schijtvolk te maken kreeg, was op school. Toen Lotte 3 jaar was, kwam ze op een dag wenend thuis: “De kindjes uit mijn klas zeggen dat jij niet mijn mama bent!” Omdat Lotte haar ouders niet zo vaak zag als Robbe zijn mama ziet, was de situatie voor haar op 3 jarige leeftijd nog niet helemaal duidelijk. Daar kwam op dit moment dus op een pijnlijke manier een eind aan.

In de eerste instantie maakte ik mij kwaad op de kinderen uit haar klas, maar al snel bedacht ik mij dat zij er ook niks aan konden doen. Ik stapte naar haar juf om te vragen of zij er iets van gehoord had, maar volgens haar werd er in de klas niet over gesproken. Lotte had thuis ook al verteld dat het buiten onder de fietsenstalling verteld was. (Uit het zicht van de juffen dus) “Tja”, zei de juf, “Ik denk dat je de schuld bij de ouders moet zoeken en niet bij de kindjes.” Hadden sommige mensen maar wat meer verstand. Iedereen mag van mij weten hoe de vork in de steel zit, maar vraag het gewoon aan mij in plaats van Lotte ermee lastig te vallen…

Mag ik nog even spuien nu ik toch bezig ben? Zo was er eens een vrouw die zich hardop afvroeg waarom Lotte en ik niet dezelfde haarkleur hebben. Al maar goed,, want het zou echt geen zicht zijn, een kleuter met een grijze haardos 😉  Alsof elk kind dezelfde kleur haar heeft als zijn/haar moeder! De vrouw wist duidelijk al lang hoe de situatie in elkaar zat bij ons, maar vertikte het blijkbaar om op een normale manier een gesprek aan te gaan.

Als iemand vragen heeft over pleegzorg, is dat echt geen probleem want ik ben er trots op om pleegmama te zijn en ik vertel er graag over, maar niet als ze me op zo’n manier benaderen.

Na 3 keer filteren op mijn taalgebruik is deze blog tot stand gekomen, netter dan dit wordt het niet. Hopelijk volgende keer een vrolijker bericht. Veel liefs, Lindsay.

%d bloggers liken dit: